Friday, December 29, 2017

Bericht 147

Bericht 147 van het forum.
29 December 2017.

Chaya Brasz vervolgt haar inzichten over de HONI-periode:

Onze adviseurschappen bij SPI en wat we er mee deden (2) 
Chaya Brasz
Uit voorgaande stukjes over HONI is al gebleken dat Yossi Dotan en ik van die periode een verschillende herinnering overhielden. Hij schreef in Nedforum 145:
“Ik kan me niet herinneren dat "HONI-voorzitter Yossi Dotan door SPI zwaar onder druk gezet is en overliep". Wel begreep ik, dat de SPI, opgezet en geleid door Avraham Roet, belangrijk was, en heb Avraham op zijn verzoek bijgestaan als adviseur (niet als vertegenwoordiger van enige organisatie).”

            Na HONI werden wij dus allebei “adviseur”. Maar hoe is het met hem verder gegaan? Ik wilde er geen geld voor hebben. Ook een vervolg erop, dat “vacatiegelden” had kunnen opbrengen, liet ik lopen. Dat laatste was in mijn ogen fictief en omdat ik niet meer meedeed raakte ik weg uit deze activiteiten. Dotan doet er het zwijgen toe. Verdere informatie moet dus van elders komen.
            We hebben het over de periode van spanning tussen de net opgerichte SMO en de SPI. Daarin speelde de zogenaamde “Helpdesk Israël” een rol. Die bestond al eerder maar is op 31.12.2001 gesloten. De Stichting Maror-gelden Overheid (SMO, voorloper van SAMO) is op 1.12.2000 opgericht. Door dat ene jaar overlapping komen in het eerste jaarverslag van de SMO enkele ongunstige  beoordelingen voor over die Helpdesk Israël. Dat strekt zich ook uit tot de “Accountantsverklaring inzake financiële verantwoording”, getekend door A.A.J.J. van Wersch RA, accountantskantoor Mazars Paardekooper en Hoffman (MPH). De Helpdesk Israël viel niet onder de SMO, maar onder een afzonderlijke financiering door het Ministerie van financiën. De klacht van de SMO in 2001 luidde, dat een financiële verantwoording van kosten door de Helpdesk Israël achterwege bleef. In 2002 meldde MPH over de Helpdesk, dat “met betrekking tot een aantal posten geen uitspraak gedaan kan worden over de vraag of deze rechtmatig zijn.”
Welke zijn die posten?
            Het gaat om publieke gelden, de cijfers zijn openbaar en “alles steht geschrieben”. Bovenaan staat tot mijn verrassing niemand anders dan Yossi Dotan en in de toelichting is sprake van “afspraken tussen Y. Dotan en het bestuur van SPI”. Het bedrag? Het factuurbedrag luidde NIS 76,750.- waar v.a.t. bij was inbegrepen. 85% (NIS 64,643.-) kwam ten laste van de Helpdesk. De kosten van het CRDJ voor mijn eigen werkzaamheden bedroegen NIS 64,232.-, waarvan NIS 49,174.- onder de Helpdesk vielen. Er was nog een derde post, (PriceWaterhouseCoopers met NIS 28,005.-) die ik nu voor het gemak maar even terzijde laat. Mij valt op dat de bedragen voor Dotan en het CRDJ bijna gelijk zijn (ca. NIS 65,000.-).
            Wij zijn dus in ieder geval gelijk behandeld en ik hoop dat ook Yossi Dotan, die een gerespecteerd lid is van onze gemeenschap en veel vrijwilligerswerk heeft gedaan, een goede en zinvolle bestemming binnen die  gemeenschap vond om dat geld aan weg te geven. Transparantie hierover is  wel gewenst.

Shalom Pront geeft wat afwijkende achtergrondinformatie over de goede oude tijd van HONI, die berusten op het gepubliceerde van vorige week, dus niet op het bovenstaande bericht van vandaag:
"Ik vond die ontboezemingen van Yossi en Chaya zeer interessant, temeer
omdat ik mij wat anders herinner van die periode.
Omdat ik een van die lastige personen ben die alles, te pas of te onpas, bewaart, ben ik eens op zolder gaan snuffelen en VOILA! Daar vond ik een aantal paperassen die op deze zaak betrekking hebben.
Ik wil hier niet mijn eigen mening geven en denk dat iedereen maar zijn eigen conclusies moet trekken. De papieren heten : roetval1.doc  ; roetval2.doc  ;   samenvatelburg.doc en vergspi.doc.
Hier volgend de links:

mvg
Shalom Pront".

Ithamar Perath stuurt zijn impressies:
Ik snap allang niets meer van de SAMO/SPI/CRDJ schandaaltjes, maar geniet van het parelende Nederlands.
Het laatste Forumbericht (146) bracht mij in de herinnering een definitie van de eens gebezigde volkstaal, het Amsterdamse jiddisj.
Als volgt: "Ene die, trotsch hij leeft, zich in een staat van ontbinding bevindende ombrenger". 
Wie of wat zou dat wel zijn?
Gewoon, een frotter hourik
ITH



Friday, December 22, 2017

Bericht 146

Bericht 146 van het forum.
22 December 2017.

Chaya Brasz reageert op Yossi Dotan:
Onze adviseurschappen bij SPI en wat we er mee deden
De reactie van Yossi Dotan op mijn schrijven over HONI bevat de informatie, dat hij op verzoek van SPI-voorzitter Avraham Roet adviseur werd bij SPI (niet als vertegenwoordiger van enige organisatie). Dat is exact de zelfde status als die ik kreeg. Ook ik werd onafhankelijk adviseur en wel met de opdracht het eerder door mij genoemde demografische betoog te schrijven. Na enige tijd bleek mijn adviseurschap geen vrijwilligerswerk te zijn en ik neem aan dat dat bij Yossi Dotan ook zo is geweest. Zoals ik eerder schreef wilde ik de NIS 60,000.-, die ik er aan verdiende, niet ontvangen, waarna ze via SPI na aftrekking van NIS 1,000.- onkosten, naar het CRDJ zijn overgemaakt, waar ik toen werkte.
In de tijd, dat dat gebeurde (2002), merkte ik dat men in Nederland ongelukkig en ongerust was over deze gang van zaken. Ik heb er apart een persoonlijk verklaring voor moeten afleggen, dat ik afstand deed van dat geld. Na mijn rol bij de vaststelling van de verdeelsleutel (26-74), is mij door de SPI-voorzitter voorgesteld dat ik adviseur zou blijven en in die hoedanigheid naar de SPI-vergaderingen zou komen. Mij werd uitgelegd dat ik daarvoor een soortgelijke hoge som per uur in de wacht kon slepen als met het demografisch verslag en dat dat geld dan eveneens met mijn toestemming via SPI ten goede zou kunnen komen aan het CRDJ.
Daar heb ik toen (2002) niet aan meegewerkt, wat niet zo eenvoudig voor mij was, want SPI-voorzitter Avraham Roet was inmiddels ook voorzitter van het CRDJ geworden, mijn baas dus. Ik vond die voorgestelde taak echter fictief en daarmee een vorm van oplichting van het ministerie van financien in Nederland, waar ik niet aan wilde meewerken. Ook zag ik in deze methode een voortrekken van het CRDJ ten aanzien van de andere Nederlandse organisaties. Wel bood ik aan, dat SPI zich per keer dat er een werkelijk advies van mij nodig was, tot mij zou kunnen wenden, wat zoals ik verwachtte niet meer is voorgekomen. Niet lang daarna ben ik overigens uit mijn baan bij het CRDJ ontslagen, een verhaal op zich, dat ik ook nog wel eens ga vertellen als de tijd er rijp voor is.
In ieder geval was het overstappen van Yossi Dotan naar SPI voor mij en diverse andere HONI-mensen, in tegenstelling tot hoe hij dit zelf blijkt te hebben ervaren, een echte waterscheiding en een afscheid van democratische organisatievormen in onze gemeenschap. Waar ik nu wel heel erg benieuwd naar ben is of ook Yossi Dotan een honorarium ontving voor zijn adviseurschap, hoe veel dat is geweest en wat hij er mee heeft gedaan.
Chaya Brasz .


Klein voorval: de Nederlandse rechtbank had verzuimd aan SAMO te melden dat er bezwaar was aangetekend tegen hun ontbinding, en wel binnen de daarvoor aangewezen termijn, door het Centrum voor de Studie van de Geschiedenis van het Nederlandse Jodendom in Jeruzalem. Sterker, SAMO had ten onrechte een akte gekregen dat zij wettelijk gerechtigd waren om in ontbinding over te gaan. (Ik vind dat een mooie term, die ik graag gebruik, en het is nog goed Nederlands ook (E)). De rechtbank  excuseerde zich voor deze fout van de griffie, en SAMO kan dus niet zichzelf opheffen tot de rechtbank zich buigt over dit verzet. Zulke fouten kunnen kennelijk ook in Nederland voorkomen.

Monday, December 18, 2017

Bericht 145

Bericht 145 van het forum.
18 December 2017.

Op mijn vraag wie er achter Maror Research 2 Ltd. stond bleek het antwoord makkelijk te vinden in het Accountantsrapport van de firma Dekel uit 2014. Zij schrijven daarover als volgt:
21. From reviewing the registrar of companies data it appears that:
a.       Company's name (Hebrew): MAROR MECHKARIM 2 LTD
b.      Company's name (English): MAROR RESEARCHES 2 LTD
c.       Company's Type: Private
d.      Company's I.D: 514390699
e.      Company's Address: Ye'elim 7 Ramat Gan (private address of Abraham Roet)
f.        Company's objective: to engage in any legal business
g.       Shareholders: Roet Abraham ID 009208323
h.      Directors of the Company: Roet Abraham ID 009208323
Inkomsten voor deze organisatie op grond van gemaakte kosten liepen direct via de rekening van SAMO in Israel zonder tussenkomst van SCMI (wat de meer gebruikelijke route was).

Itamar Engelsman schreef mij met het verzoek niet uit naam van SCMI veronderstellingen te publiceren. Duidelijk was het geschrevene op bericht 144 niet uit naam van SCMI maar van het forum. Als het van SCMI was binnengekomen, dan was dat zeker op onmiskenbare manier vermeld.
Het forum is er om overal over te schrijven, of inzendingen op te nemen, waar het publiek mogelijk belangstelling voor heeft. Dus Itamar – "je kan me wat!"

Yossi Dotan zond een reatie op de brief van Chaya Basz:
Eldad sjalom, 
Het was interessant om de aanvullingen van Chaya Brasz te lezen over HONI. Slechts een kleine opmerking: Ik kan me niet herinneren dat "HONI-voorzitter Yossi Dotan door SPI zwaar onder druk gezet is en over liep". Wel begreep ik, dat de SPI, opgezet en geleid door Avraham Roet, belangrijk was, en heb Avraham op zijn verzoek bijgestaan als adviseur (niet als vertegenwoordiger van enige organisatie). HONI is blijven bestaan om het onderwerp Dolman-gelden af te werken. Avraham Roet, bijgestaan door het bestuur van SPI, is er in geslaagd de Maror-gelden te krijgen, ere wie ere toekomt. HONI en SPI waren geen concurrenten, van overlopen was dus geen sprake. 
Yossi.




Sunday, December 10, 2017

Bericht 144

Bericht 144 van het forum.
10 december 2017.

Schot in de zaak.
Er is een zekere vooruitgang in de Marorzaken te bespeuren. De vraag is in welke richting.
Nadat er besloten is om SAMO op te heffen, hebben de financiële bescheiden van deze organisatie gedurende twee maanden ter inzage gelegen voor het publiek
op hun burelen en bij de Kamer van Koophandel in Amsterdam. Zolang er geen bezwaren zijn ingediend bij de rechtbank, kan het SAMO-bestuur nu overgaan tot uitbetalen van de restantgelden, en komt er een eind aan het bestaan van SAMO.
Het probleem is dat de twee partijen, enerzijds SAMO, en anderzijds die organisaties die menen nog gelden te moeten ontvangen, elkaar niet recht in de ogen zien.
Wie zijn deze laasten? Dat is in de eerste plaats de Israelische SCMI, die de hoofdverdeler is van Marorgelden aan o.a. organisaties in Israël; maar ook deze organisaties hebben meningen, verwachtingen en bevindingen in dezen. Die lopen niet altijd parallel met de mening van SAMO
SAMO heeft berekeningen gemaakt over hoeveel er nog te verdelen valt. Maar sommige stichtingen en personen zijn van mening, dat er nog veel meer restgelden zijn, b.v. rentes over gelden die al eerder uitbetaald hadden moeten worden. Daarenboven rijzen er vragen of iedereen die op de lijst van SAMO staat inderdaad gerechtigd is om aan die verdeling mee te doen. Wie staat bijvoorbeeld achter "Maror researches 2 Ltd" en waarom komt die instelling nog geld toe buiten de gebruikelijke kanalen van SCMI om?
SCMI heeft schijnbaar besloten om schoorvoetend te aanvaarden wat er uit de rest-pot komt en en geen bezwaar te maken bij de rechtbank. Wellicht zoekt SCMI andere wegen het tekort te achterhalen. Andere organisaties, die principiële bezwaren hebben tegen de door SAMO voorgestelde verdeling zijn actiever.
Om deze zaak te stoppen er tot op de bodem uit te zoeken is er nu bij de Nederlandse rechter een bezwaarschrift ingediend. Dit verhindert de liquidatie van SAMO tot de rechter een uitspraak doet. Net zoals bij Platform Israël de rasham ha’amutot zich metterdaad heeft gemengd in de voorgenomen liquidatie van deze (Israëlische) stichting en de afdeling controle en handhaving der wet van het ministerie van justitie opdracht heeft gegeven bepaalde zaken aangaande Platform uit te zoeken.
Wordt vervolgd. Dit kan nog interessant worden. (E).

Chaya Brasz geeft haar herinneringen aan HONI:
Meer over HONI en het begin van het grote geld
Leuk om in Nedforum over de Dolmangelden en de stichting HONI te lezen. Ik heb wat  aanvullingen. HONI betekende  Hulp aan Oorlogsslachtoffers uit Nederland in Israel. Opgericht door de IOH onder voorzitter Mirjam Dubi. De naam HONI is van betekenis want er stond dus ‘oorlogsslachtoffers’ in en dat was omdat dit geld, eigendom van de Nederlandse overheid (afkomstig uit de ‘goudpool’), door de commissie Dolman werd bestemd voor diverse groepen ‘oorlogsslachtoffers’. Dat Elah en Ayalah niet met HONI meededen was, omdat zij vonden dat zij bij uitstek de organisaties waren die voor de Joodse oorlogsslachtoffers in Israel werkten en dat het geld niet over meerdere organisaties moest worden verdeeld. Mirjam Dubi was van mening dat ook andere Nederlandse organisaties diensten verleenden aan oorlogsslachtoffers, ook al heette dat niet altijd zo. Zij had dus een brede organisatie op het oog. Nadat HONI eenmaal was opgericht, dienden Elah en Ayalah wel projecten in, maar namen geen zitting in het bestuur .

Hoe weinig men geloofde in de werkelijke komst van dat geld, bleek mij destijds als directeur van het Center for Research on Dutch Jewry (CRDJ). Mijn bestuur wilde niet in HONI zitting nemen, geen enkel bestuurslid was bereid naar vergaderingen te gaan. De uitzondering was Bob Engelsman, die dit echter niet kon doen, omdat hij zelf al in HONI zat voor Jad Davids. Hij zei mij dat ik er voor het CRDJ dan maar als directeur naar toe moest gaan. En zo kwam ik in HONI terecht. Ik schreef enkele projecten en diende die in, zonder dat mijn bestuur er serieus naar omkeek. Omdat ik nogal betrokken was bij demografisch onderzoek in Nederland en wij – HONI – wel begrepen dat bij verdeling van geld kennis van de demografische opbouw van onze eigen gemeenschap in Israel van belang was, diende ik voor het CRDJ, met warme steun van Bob Engelsman een groot demografisch project in, waar we het geld voor kregen en dat ik prompt ben gaan uitvoeren samen met dr. Jona Schellekes en enkele studenten die we inhuurden.

Dat onderzoek werd de basis voor mijn latere rapport inzake het vaststellen van een verdeelsleutel tussen Nederland en Israel voor de Marorgelden, dat ik toen schreef in opdracht van SPI en dat zo gunstig mogelijk moest uitvallen voor de gemeenschap in Israel,  want die was in Nederland geschat op hooguit 10%! Zonder de academische betrouwbaarheid geweld aan te doen, heb ik wel zeer in ons voordeel geinterpreteerd en kwam uit op 26-74. (26% voor ons). Na  verdediging van mijn rapport in Nederland – waarvoor ik door SPI ben overgevlogen – is dat exact de verdeelsleutel geworden. Het extra – en absurd hoge, want Nederlandse – salaris dat ik ermee verdiende, wilde ik niet hebben en dat is dus als donatie bij het CRDJ terecht gekomen.

De Dolmanfase en HONI zijn van grote betekenis geweest voor de hoeveelheid Marorgeld die uiteindelijk naar Israel kwam. Ik heb HONI ervaren als een eerlijke en goed geleide organisatie, maar het conflict over de interpretatie van de “hulp aan oorlogsslachtoffers” en het feit, dat enkele organisaties daarom tegen HONI waren, leidde er toe dat, toen Maror aan de orde kwam, naast HONI de SPI werd opgericht. Het alternatief zou zijn geweest, dat HONI voor de Marorgelden was omgebouwd. Over het opgaan in SPI waren hevige discussies in HONI. Een deel van de bestuurders – onder wie Mirjam Dubi – bleef tegen die nieuwe organisatie met een heel ander slag mensen dan we gewend waren. We vonden dat SPI niet democratisch tot stand was gekomen. HONI-voorzitter Yossi Dotan werd door SPI echter zwaar onder druk gezet en liep over. Waarschijnlijk begreep hij, dat de grote onderhandelaars voor een maximaal resultaat nu eenmaal niet in HONI zaten. Dat werd het einde van HONI, een brave en nette Nederlandse club, ontsproten aan de toenmalige IOH onder leiding van Mirjam Dubi, ere wie ere toekomt.
Chaya Brasz


Tuesday, December 5, 2017

Bericht 143

Bericht 143 van het forum.
5 December 2017.

Van Shalom Pront een reactie op bericht 142 Nedforum:
Dubbele dank aan Yossi Dotan, allereerst voor zijn beknopte en precieze beschrijving over de besteding van de Dolmangelden. En nogmaals dank voor de voortreffelijke wijze waarop hij dat project tot een suksesvol einde wist te brengen, ondanks de felle pogingen van zekere elementen in de nederlandse kehillia die probeerden dat klusje van hem over te nemen. In mijn aanstaande documentaire “Roet in 't eten” is daar een apart hoofdstuk aan gewijd, compleet met documentatie.  Ter verklaring: Het was niet mijn bedoeling om de Dolmangelden ter sprake te brengen, maar om aan te tonen dat er bij de israelische onderhandelaars toen al een neiging was om hun eigen geheime doel na te streven, ongeacht de nederlandse richtlijnen. Het bewijs ligt in de hedendaagse weigering om inzicht te verschaffen. Shalom Pront 2017

Van Giora Nevo:
            Bedankt, een zeer interessante mededeling.
Altijd is er iemand die ons aan verledentijdse ongemakkelijheden herinnert, de laatste keer was het dhr. Shalom Pront. Vandaag, dhr. Yossi Dotan, accoutant (CPA)  die volgens het IOH intiatief en voorstel de amoeta Honi oprichtte en ook het voorzitterschap  bekleedde van deze (organisatie zonder winst - ע"ר) (stond er niet bij). Deze keer ging het om de Dolmangelden, toen bestonden de Marorgelden nog niet, volgens mijn mening, wat maakt het uit: "Gelden zijn gelden, de naam doet er niet toe." 
Wanneer men het een en ander weten wil, is de gemakkelijkste weg voor ons gewoon even naar het internet te kijken, hetgeen ik gedaan heb, kan me ook niet precies van alles herinneren.
Vond enkele uittreksels die misschien interessant zijn voor de vele nedforum lezers en de moeite waard zijn ze even door te lezen.
Hier enkele links:
http://staal.bz/Books/Boek-1/RS/Noten/Honi/honi-May-24-98.pdf


Groeten, Giora.

Wanneer we elkaar ontmoeten – zal ik alles vertellen. De brieven van Reina De Vries-Spier  (1945 – 1946). In het Ivriet. 180 Pagina's. Prijs 40.- NIS.
Zeventig brieven in het Nederlands, geschreven meteen na de oorlog door Reina De Vries-Spier, advocate, echtgenote van een rabbijn en actieve Zioniste. Ze waren gericht aan haar familie in de V.S., die erin geslaagd waren om uit Nederland te vluchten in mei 1940.  De brieven beschrijven haar leven gedurende de shoah en het jaar na de bevrijding. Zij was voorzitter van het Reconstructie comité in Enschede tot november 1945 en daarna juridisch hoofd van L'ezrat Hayeled in Amsterdam. Samen met haar echtgenoot opende ze hun huis voor wezen en andere overlevenden in nood, in de overtuiging dat hun overleving "betekenis moet hebben". De gedetailleerde beschrijving van de chaos die heerste in Holland gaat gepaard aan gedachten over de toekomst van het Joodse volk, met name in Holland; haar verlangen om verenigd te worden met haar familie en de vooruitzichten op het moederschap na acht jaar huwelijk. Reina overleed op tragische wijze in het kraambed, in Amsterdam op 36-jarige leeftijd. De auteur van het boek is haar naamgenote. In het boek verschijnen drie stemmen: de heldere stem van Reina, de stoicijnse stilte van haar jongere zuster (de moeder van de schrijfster), en de reactie van de schrijfster op de brieven nadat ze uiteindelijk geslaagd was een volledig beeld te reconstrueren van de geschiedenis van haar familie.

Het boek is te bestellen gedurende het symposium over Ego-documenten in Jeruzalem op 10 en 11 december, of direct via Carmel Publishing House ( Carmelph@zahav.net.il, tel: 02-6540578). Het boek wordt per post toegestuurd. 

Wednesday, November 29, 2017

Bericht 142

Bericht 142 van het forum.
29 november 2017.

Yossi Dotan reageert op het laatste bericht waar Shalom Pront zijn mening gaf:

            "Het spijt me, dat Shalom Pront geen onderscheid maakt tussen de Maror-gelden en de Dolman-gelden, die onze gemeenschap heeft aangevraagd zelfs nog voor het woord 'Maror' bedacht was.
Bij de Dolman-gelden ging het over een bedrag van ƒ 10 miljoen dat door de Nederlandse regering ter beschikking was gesteld van een Internationaal Fonds en dat bestemd was voor projecten van ex-Nederlandse Joodse organisaties over de hele wereld behalve Midden- en Oost-Europa.
Op initiatief van de Irgoen Olei Holland is in 1998 de Israëlische amoeta HONI opgezet om te trachten een zo groot mogelijk deel van dit bedrag te ontvangen. De leden van HONI waren alle organisaties van ex-Nederlanders in Israël, die geïnteresseerd waren lid te worden. Het bestuur van HONI bestond uit vertegenwoordigers van al deze organisaties, en ondergetekende als neutrale voorzitter.
HONI heeft een projectenvoorstel aan de commissie-Dolman ingediend voor al haar leden, samen met een voorstel om de totale ƒ10 miljoen die beschikbaar waren, uit te keren voor bepaalde projecten van onze organisaties, die in ons voorstel gespecificeerd zijn. (Uiteraard kon de commissie zelf de projecten uit ons voorstel kiezen, die haar het meest geschikt leken, maar wij wilden haar duidelijk maken welke projecten volgens ons het belangrijkst waren voor onze gemeenschap.)
Alle organisaties hebben in deze prioriteiten toegestemd, inclusief Elah en Ayala die geen lid waren van HONI.
Uiteindelijk heeft de commissie-Dolman bijna het gehele bedrag van ƒ10 miljoen aan de Israëlische organisaties (HONI, Elah en Ayala) toegekend, volgens de door ons allen samen gewenste prioriteiten. Hiervan kreeg HONI ƒ7.050.000, geheel overeenkomstig onze prioriteiten.
De verdeling van dit bedrag was als volgt: ƒ3.345.000 voor het werk van NINI, ƒ2.550.000 voor de beide bejaardenhuizen, ƒ500.000 voor Jad Davids, ƒ250.000 voor de IOH, ƒ250.000 voor het "Machon" (Instituut voor de Geschiedenis van de Nederlandse Joden), en bedragen van minder dan ƒ100.000 voor nog drie andere, kleinere organisaties. Dit alles volgens de eenstemmig door alle organisaties die lid waren van HONI voorgestelde prioriteiten.
Ik hoop dat deze informatie de vraag van Shalom Pront inzake de Dolman-gelden beantwoordt.
          Yossi Dotan."

Barend Elburg reageerde ook op Shalom Pront, maar van hem 'hoefde' het niet op het forum te verschijnen, wat ik interpreteerde als een lauwe indicator van zijn bedoeling. Dus geef ik slechts een summier extract: hij benadrukte de juistheid van het citaat van Shalom over de Dolmangelden, [en dat is van belang, want hij kent deze materie van binnenuit]. Verder zag hij het nut niet in van meer publicatie over het onderwerp Maror-gelden.(E).

Vergeet u niet op te geven voor het symposium over Eco-documenten van het Centrum voor de Studie van de Geschiedenis van het Nederlandse Jodendom op 10 en 11 december! Dat wordt een interessante bijeenkomst.
(Wie het nog niet weet wat hem daar te wachten staat moet snel de betreffende website raadplegen).





Tuesday, November 28, 2017

Bericht 141

Bericht 141 van het forum.
20 November 2017.

Shalom Pront wijst erop dat er nog steeds interesse bestaat binnen onze gemeenschap om de vragen rondom de Marorgelden op te lossen:

Het ongewenste onderzoek
Het is nu al weer een poosje rustig geweest sinds de ontwrichting van de Marorzaak. Het meeste werk schijnt gedaan gezijn, want we horen al een tijdje niets van achter de schermen. Maar van het weinige dat toch onze richting komt kunnen we wel het een en ander concluderen.
De Marorgelden die verdwenen zijn, zijn nog steeds verdwenen. En weinigen die er nog naar zoeken. Enkele verkennende onderzoeken hebben wel uitgewezen dat de toenmalige bestuurders hun verplichtingen van financiele en inhoudelijke transparantie niet zijn nagekomen, maar zijn hiervoor niet aangeklaagd. Zelfs zijn enkelen van hen nog steeds bestuurders in de Kehillia en hebben invloed op de beslissingen van het huidige bestuur. Het praktische besluit van het huidige bestuur van SPI om geen diepgaand financieel onderzoek te verrichten heeft weliswaar niets te maken met doorgestoken kaarten, zoals beweerd bij enkele feilbare critici, maar is ongetwijfeld wel zwaar gesteund door diegenen die de verantwoordelijkheid voor de onstatutaire en willekeurige gang van zaken willen ontlopen. Dit is duidelijk door hun felle tegencommentaar op de bevindingen van bona fide waarnemers. Het is onaanvaardbaar dat een klein groepje van eensgezinden, hoe knap en bedreven ze ook mogen zijn, hun eigen agenda voor de verdeling van de publieke Marorgelden ongevraagd vaststellen volgens een sleutel die zijzelf bepaald hebben en zonder anderen daarin te kennen. Want dat komt duidelijk naar voren uit een passage in de brief die een van de onderhandelaars over de Dolmangelden naar zijn makkers in Tel Aviv stuurde:
Citaat: "Op deze manier hopen wij met elkaar de Dolman commissie voor de verdeling van de hele 10-11M over onze projecten , of tenminste een zeer groot deel daarvan, tenminste een verdeelsleutel toe te spelen van prioriteiten zoals WIJ die met elkaar zien, i.p.v. het helemaal aan de interpretaties van de commissie en de ambtenaren van VWS over te laten”.  Eind citaat.
Wij weten nu langzamerhand wel wie “WIJ” zijn, maar wat zijn die prioriteiten? Dat heeft niemand ons tot de dag van vandaag ooit uitgelegd. Maar dat zou wel eens de daadwerkelijke verschillen tussen statutaire doeleinden en aktuele resultaten kunnen verklaren. Het was de optimistische gedachte dat deze administratieve kingpinnen en hoofdspelers van de Marorzaak, goede wegwijzers voor de onderzoekscommissie zouden zijn. Zij wisten en deden immers alles zelf.
Het is onwaarschijnlijk dat onder bovengenoemde omstandigheden bedreven administrators zich plots niet herinneren waar al die kantoorbestanden gebleven zijn, en niet te vergeten de betreurenswaardige mogelijkheid van computers die toevallig totaal zijn uitgewist. Maar door het ondoortastende optreden van de huidige leiding voelen de voormalige leiders zich aangemoedigt om nu de onwetende director te spelen die deze onverkwikkelijke zaak graag in de doofpot willen zien. Natuurlijk zijn er nog vele documenten bij recipients blijven hangen, maar om die allemaal op te sporen en te interpreteren zijn toch vele onderzoekers nodig, die niet voor niets werken. Het is te hopen dat ergens in de toekomst een student hierover een proefschrift zou willen schrijven, en zodoende toch de sluier een beetje zal oplichten.  Shalom Pront, 2017.

Invitatie voor de foto-tentoonstelling In memoriam: gedeporteerde en vermoorde Joodse, Roma en Sinti kinderen 1942 – 1945. Deze wordt op woensdag 6 december om 16:30 geopend in het Ghettto Fighters’ House Musem (Beit Loachamei Haghettaot). Zie voor meer details de website van het museum.
De organisatoren van dit initiatief, Guus Luijters en Alice Pennewaard zullen daar aanwezig zijn. Hun tentoonstelling was eerder te zien in het Gemeentearchief van Amsterdam onder grote belangstelling en beide organisatoren gaven een jaar geleden een lezing over hun werk in beth Juliana.
Hun boek uit 2012 bevat de namen van bijna 18.000 kinderen die omgekomen zijn, en hun uiteindelijke bedoeling is om zoveel mogelijk van die kinderen ook een ‘gezicht’ te geven.

Herinnering aan het symposium van het Centrum voor Onderzoek naar de Geschiedenis der Joden in Nederland op de avond van 10 december en overdag op 11 december betreffende Ego-documenten in de Joodse geschiedenis. Tijdig opgeven aldaar.


Wednesday, November 8, 2017

Bericht 140

Bericht 140 van het forum.
8 November 2017.

De Zaak Menten.
            In het kader van het filmfestival in de Jeruzalemse Cinemathèque wordt de film "De Zaak Menten" vertoond op zondag 17 december om 17:00 uur.
De journalist Hans Knoop heeft deze zaak nagegaan en zijn bevindingen inzake Pieter Menten leidden tot de veroordeling van deze oorlogsmisdadiger in 1976. Knoop schreef er een boek over en de film is daarop gebaseerd. Knoop zal aanwezig zijn bij deze filmvertoning en na afloop vragen beantwoorden.
Via de afd. Jeruzalem zijn kaarten beschikbaar tegen sterk gereduceerde prijs. Voor meer informatie zie op de website van IOH of mail naar


Ben Noach is actief in een actie om de sjoel van Raalte te behouden als publieke ruimte. Hij stuurt een petitie rond tot dat doel:
 "Behoud voormalige synagoge Raalte in huidige staat". Ik zou jullie willen vragen om ook je handtekening te zetten. Hoe meer mensen tekenen, hoe groter de kans dat de gemeente daadwerkelijk luistert naar onze oproep. Voor meer informatie en om te tekenen:                   
Bedankt!  

Ben." 

Sunday, October 29, 2017

Bericht 139

Bericht 139 van het forum.
29 Oktober 2017.

Frits Cohen vraagt:
Wat zijn “ego documenten”? 

Het woord 'egococument' slaat op autobiografische schrifturen, zoals memoires, dagboeken, brieven en reisverslagen. De term was gelanceerd omstreeks 1955 door de geschiedkundige Jacqes Presser, die de term egodocumenten definieerde als geschriften waarin de 'Ik'-figuur, de auteur, continu in de tekst aanwezig is als het onderwerp van het schrijven en van het beschrevene. (Uit de Wikipedia).

Dan Michman stuurde het volgende, met een link naar een tijdschrift dat we niet dagelijks lezen:
"Hierbij een link naar een recensie van het boek over Jettie Boas (in het vaktijdschift van het Ned. Historisch Genootschap). Zal de lezers van nedforum interesseren: https://www.bmgn-lchr.nl/articles/10.18352/bmgn-lchr.10376/"
Het artikel komt ook in de volgende Aleh.


Sunday, October 22, 2017

Bericht 138

Bericht 138 van het forum.
22 Oktober 2017.

Itamar Engelsman, penningmeester van SCMI, reageert op het vorige bericht van het forum, a.v.:
In het laatste stukje over SAMO worden een aantal opmerkingen gemaakt betreffende “de verwachtingen” van SCMI en dat SCMI nog “onder zekere omstandigheden gelden toekomen”.
Voor de duidelijkheid wil ik toevoegen dat deze woorden niet van SCMI afkomstig waren en dat wij voor deze woorden niet verantwoordelijk zijn.
Het SCMI heeft momenteel geen plannen opnieuw naar de rechter in Nederland te stappen en wij bereiden ons intensief voor op de besprekingen betreffende de volgende ronde van projecten.
            Itamar.

Center for Research on Dutch Jewry (A.R)
                                 Yizhak Rabin World Center of Jewish Studies
                                The Hebrew University of Jerusalem
                                 Mt Scopus - 9190501 Jerusalem
                                Israel.
Aankondiging van een symposium aangaande Egodocumenten: 14th International Symposium on Ego-documents in Dutch Jewish History.

Het symposium vindt plaats op de Mt. Scopus Campus op zondagavond 10/12 en op maandag 11/12 overdag. Het onderwerp is:
Ego-documents in Dutch Jewish History
Georganiseerd door het Center for Research on Dutch Jewry, The Hebrew University of Jerusalem, in samenwerking met het  Jewish Historical Museum, Amsterdam en het Arnold and Leona Finkler Institute of Holocaust Research, Bar-Ilan University.

Op zondagavond wordt o.a. de film vertoond: The Past that Lives: Philo Bregstein’s Documentary on Jacques Presser.
Maandag is er een vol programma van Egodocumenten uit verschillende periodes.
Het symposium wordt besloten met een session over:
Marking the 50th anniversary of the Hebrew University Center for Research on Dutch Jewry.
Zie volledige details op de website van het Centrum:
Email: dutchjew@mail.huji.ac.il - - Tel: +972 2 5880242 Fax: +972-2-5880241 - 
Bank Leumi Rehavia 912-18440084
IBAN: IL380109120000018440084
BIC: LUMIILITXXX
ח.פ. 580052603


Sunday, October 15, 2017

Bericht 137

Bericht 137 van het forum.
15 Oktober 2017.

Een advertentie in de Engelstalige editie van Ha'aretz van 11/10 meldt dat SAMO, in staat van liquidatie, de relevante (financiële) berekeningen van de stichting open stelt voor het publiek gedurende een periode van twee maanden vanaf 10/10/17, op het kantoor van SAMO en ten kantore van  de Kamer van Koophandel. Dit is voor de vereffening van eventuele restanten, die zijn overgebleven, nadat SAMO eind september 2017 zekere verdeelgelden heeft overgemaakt naar de verschillende schuldeisers
Het Burgerlijk Wetboek 2, artikel 23b  schrijft voor dat de vereffenaar (SAMO zelf)  een rekening en verantwoording op moet stellen van de vereffening waaruit de omvang en samenstelling van het overschot moet blijken (par. 23b(2)). Aangezien er meerdere gerechtigden bestaan die aanspraak maken op het overschot ( in ieder geval de SCMI in Israël en de COM in Nederland) moet de vereffenaar ook een plan van verdeling voorstellen. In feite zal dit ongetwijfeld de bekende sleutel 74% (Nederland) en 26% (Israël) zijn.
Interessant wordt het pas als zou blijken, dat er schuldeisers of gerechtigden zijn, die in verzet wensen te komen tegen de rekening en/of het plan van verdeling van SAMO. Paragraaf 23b (5) stelt, dat een dergelijk verzet in de vorm van een verzoekschrift bij de rechtbank ingediend moet worden.
In bericht 136 van Nedforum d.d. 6 octotber j.l. deelde de voorzitter van SCMI mede, dat de penningmeester van SAMO (schriftelijk) had bevestigd, dat SCMI nog aanzienlijke gelden “onder zekere omstandigheden” toe komen. De vraag is dus of het bedrag dat uit de verantwoording ten kantore van SAMO en de KvK blijkt, overeenkomt met de berekeningen en de verwachtingen van SCMI (en de COM). Zo niet dan is het niet uitgesloten, dat SCMI opnieuw naar de rechtbank zal stappen.
Maar ook andere stichtingen in Israël en/of Nederland, die belanghebbenden zijn en jarenlang “Marorgelden” ontvingen kunnen in verzet komen als zij van mening zijn, dat er bijvoorbeeld geld zou ontbreken op de rekeningen van SAMO. Sommige ingewijden zijn van mening, dat met name rente op het aanvankelijk zeer omvangrijke vermogen van SAMO ogenschijnlijk niet of niet afdoende verantwoord is in de boeken.
Het lijkt niet de bedoeling te zijn dat het hele archief van alle vorige jaren ter beschikking staat. Dat zou dus betekenen dat de specifieke aanvragen volgens de WOB, die nog lopen, alsnog beantwoord moeten worden, ondanks de pogingen van SAMO om tijd te winnen en geen inzage mogelijk te maken. Of SAMO definitief opgeheven kan worden zolang er nog rechtszaken tegen dit Zelfstandig BestuursOrgaan lopen is een juridische vraag.
Mogelijk horen we binnenkort meer over de hele affaire.

Persoonlijk kreeg ik enkele ondersteunende berichten na de ontboezeming van Marthi Herschler, waar ik blij mee was. (E).





Friday, October 6, 2017

Bericht 136

Bericht 136 van het forum.
6 Oktober 2017.

We beginnen met een zeer positief bericht van SCMI; Chaim Even-Zohar, voorzitter van SCMI, stuurt het onderstaande. Om geen twijfel te laten bestaan onderstreept hij  dat SCMI nog meer gelden te goed heeft van SAMO, dus dat er nog verdere betalingen te verwachten zijn.
"Ik wil graag een verheugende update melden over onze moeilijke onderhandelingen met SAMO. Wij hadden geconstateerd dat we al jaren geleden een bedrag van €261,792 hadden moeten ontvangen dat in de boeken van SAMO stond als een “nog niet aan ons uitgekeerde uitkering/voorschot”. Nadat SAMO weigerde onze vordering voor dit specifieke bedrag te betalen, zijn wij naar de rechtbank in Den Haag gestapt die ons een beslaglegging op SAMO’s bankrekeningen heeft toegestaan. Aldus werd een mogelijkheid geschapen om met SAMO en het Ministerie van Financiën (afzonderlijk) te gaan praten – iets dat eerder pertinent geweigerd w​erd. We hebben toen de beslaglegging ingetrokken zonder verder een verdere ​“bodemprocedure” te beginnen.
SCMI heeft deze week dit bedrag ontvangen!
Ik wil beslist geen verkeerde verwachtingen scheppen en liever in stilte door blijven werken. Doch persoonlijk heb ik er vertrouwen in dat we verder ook nog een gedeelte van de zogenaamde resterende gelden zullen krijgen. [Om precies te zijn, we hebben recht op een gedeelte van de bij SAMO nog overblijvende saldi individuele uitkeringen, als ​ ook van de bestemmingsreserve.]
Het bedrag dat de penningmeester van SAMO zelf (schriftelijk) aan ons bevestigd heeft dat ons onder zekere omstandigheden nog zal toekomen is aanzienlijk hoger dan wat we nu reeds ontvangen hebben. Maar SAMO blijft geld uitgeven aan juridische kosten in verband met de nog lopende WOB (wet openbaarheid van bestuur) aanvragen voor documenten. Deze kosten zal SAMO betalen (dus aftrekken) van deze nog resterende gelden.
Met uitzondering van minimale griffier’s kosten is SCMI niet belast met enige advocaten kosten voor onze actie bij de rechtbank in Den Haag noch met enige reis en hotel vergoedingen. In feite​ heeft​ SCMI het eerder genoemde bedrag dus “netto” ontvangen.
Bij deze gelegenheid wil ik ​graag het fantastische SCMI bestuur danken voor het grote vertrouwen dat​ zij in ons Dagelijkse Bestuur getoond he​eft  en ons ​de ​vrije hand gegeven ​heeft om hier aan te werken. We zullen ook in het nieuwe jaar hier mee door gaan.
Shana Tova, 
Chaim Even-Zohar, Voorzitter SCMI".

Itamar Engelsman reageert op het vorige bericht over 'de overeenkomst':

Je moet wat duidelijker zijn met de term “destijds”. Ido was “destijds” penningmeester maar dat was toch pas nadat alle problemen al geweest waren want ik begon eind 2012 en werd door Ido begeleid en hij werd pas in 2013 penningmeester bij SPI. Elly Maoz was “destijds” in het bestuur. Wanneer was dat, begin 2000 jaren, rondom 2010, twee jaar geleden? 
Het woord “destijds” geeft een verband aan met iets wat in het verleden is gebeurd maar wanneer is hier dus geheel onduidelijk.
             Itamar
.

Mijn antwoord:
Je hebt gelijk en ik zal beter opletten bij het gebruik van die wazige term. Maar gelukkig was er ditmaal geen twijfel. Elly had het duidelijk over de gewraakte overeenkomst in 2013 waar we het in het forum over hadden. En Ido, die mogelijk iets later aan boord kwam, en dan zeker door zijn voorganger op de hoogte gebracht had moeten worden ervan, ook.
Eldad

Mijn persoonlijke beschrijving van een eerste aanduiding in 2010 dat niet alles geheel pluis was op de manier waarop Platform geleid werd over de jaren, werd opgepakt door Marthi Herschler-de Wilde, die in die tijd lid was van Platform:

Shalom Eldad,,
Hierbij mijn reactie op het laatste Nedforum-bericht.
Die vergadering van SPI waarin jij werd geschorst was een beschamende vertoning waarbij niemand er aan dacht om te protesteren want Awraham Roet werd gezien als degene die de allerbeste plannen voor de Nederlandse gemeenschap in Israel had en de enige was die ook wist hoe dat te realiseren.
Door die hoge telefoonkosten aan de orde te stellen, bracht jij de eerste barst aan in het beeld dat in de Nederlandse gemeenschap in Israel had van Avraham Roet als de grote weldoener van deze gemeenschap. 
Je moest de vergadering verlaten omdat er gesproken zou worden over hoe jouw positie in SPI in de toekomst  zou zijn. Er werd -voor zover ik me kan herinneren want er zijn geen notulen van deze beschamende vertoning- besloten dat jij geen secretaris van SPI meer kon zijn en daarna haalde Avraham Roet jou weer naar binnen en zei dat alles "beseder" was  (wat natuurlijk niet waar was). Daarna ging de vergadering verder alsof er niets was voorgevallen terwijl wij eigenlijk met z'n allen hadden moeten protesteren tegen deze beschamende gang van zaken.   
Dit was een schoolvoorbeeld van het manipuleren van mensen en ik schaam me er nog steeds voor dat ik dat toen niet heb begrepen en niet heb geprotesteerd.
חג שמח
Marthi

            Veel dank voor je steun en de moed dat hier te melden.  Eldad.

Een totaal ander onderwerp - van belang voor sommigen onder ons:

In Nederland is het wetsvoorstel om de naturalisatietermijn te verlengen van vijf tot zeven jaar op het laatste moment afgestemd. Het wetsvoorstel behelsde ook een wijziging voor Nederlanders met een buitenlandse partner. De partner zou in het vervolg niet meer in het buitenland de Nederlandse nationaliteit kunnen krijgen, maar daarop pas na een periode van drie jaar verblijf in Nederland aanspraak kunnen maken. Aangespoord door D66'er en expat-belangenbehartiger Eelco Keij deelden honderden expats hun zorgen o.a. met 50Plus, die het evenwicht door tegenstemmen deden doorslaan naar het bereikte resultaat.

Tuesday, October 3, 2017

Bericht 135

Bericht 135 van het forum.
3 Oktober 2017.

Reacties:
Van Elly Maoz:
            Na het lezen van alle schrijvers over SPI en Samo kan ook ik nog iets toevoegen:
Ik zat toendertijd in het bestuur van de SPI, duidelijk als een plaats voor iemand die geen verstand had van de financiele belangrijke zaken die zich afspeelden..
Toch herinner ik mij heel goed  dat Henoch, terug komend van een vergadering met Samo, het SPI bestuur dit voorstel op tafel gooide met het dreigement van Samo dat dit voorstel getekend moest worden, want alleen op die voorwaarde zal Samo dit resterend bedrag aan de SCMI overmaken.
Dus werd er zoals ik mij nu herinner ad hoc besloten dat Platform het eens is met dit voorstel.
Hoe het tenslotte afgewerkt werd weet ik niet. Dat is jammer, meer kan ik niet bijdragen tot opheldering van de gang van zaken.
            Elly.

Dat was dus de diepgaande discussie over het voor en tegen van deze ingrijpende beslissing! (E).

Ido Heijmans, die destijds penningemeester was van SPI, werd niet gekend in het feit van de bewuste overeenkomst:
Eldad shalom,
Ik kan de volgende punten verduidelijken t.a.v. het onderwerp 'overeenkomst SPI en CJO':
1. De overeenkomst is ondertekend (of overeengekomen) door Henoch Weisberg op de grens van het vervangen van de besturen van SPI.
2. Ik, als penningmeester van SPI, en bijna alle leden van het bestuur, waren niet op de hoogte van deze waanzinnige overeenkomst die Henoch Weisberg tekende met CJO zonder enige volmacht  en zonder  de belanghebbenden dienaangaande officieel in te lichten .
3. Deze overeenkomst had de goedkeuring moeten verkrijgen van het bestuur van SPI en dat is nooit gebeurd.
4. Deze overeenkomst kwam ons toevallig ter kennis  en dit leidde tot zeer ernstig ongenoegen binnen het bestuur van SPI en de meerderheid van de bestuursleden  gaven uiting van hun oppositie bij de verdere ontwikkelingen.
5. Uiteindelijk, toen Chaim Even-Zohar de leiding overnam van SCMI nam het overleg met SAMO een serieuze wending en deze hele overeenkomst werd overbodig.
Ido.

Hans Noach:
Na het laatste bericht gelezen te hebben met de inzichten en verklaringen van de betrokken afgevaardigden van ons allen moet het van mijn hart dat  we  nooit een uitleg kregen die voor iedereen begrijpelijk is.  Er wordt hier gesproken over gelden die bestemd waren voor degenen die tot de daadwerkelijke slachtoffers behoren. Die  gemeenschap heeft nooit de kans gehad om hun persoonlijke inzichten en eisen te laten horen, want wij waren de tamme kudde, aangevoerd door een beperkt aantal mensen, die zichzelf als onze  woordvoerders zagen. Wie er "iets" van begreep wist dat dit verhaal aan het licht zou komen.  Dat is de reden waarom ik verder ga in mijn eigen weide te grazen en daardoor van alle infecties verder bespaard te blijven.
Hans Noach

En van Paulinka Kreisberg een bemoedigend woord:
            Dank zoals altijd voor het Nedforum dat een niet onbelangrijk klankbord is geworden in en voor de Nederlandse gemeenschap !
            Paulinka.

Meer achtergrond voor het aftreden van het bestuur (de permanente commissie) van het NIK net voor Rosh Hashana zoals eerder vermeld, is te vinden in het NIW van 21 juli. Het kan gezien worden als ontevredenheid van de mediene met het centralistische bestuur vanuit Amsterdam, met de bedoeling om een eigen verband in de periferie op te zetten. Meer hierover in het NIW van 17 september.

Het ziet er naar uit dat SPI nu inderdaad zichzelf gaat opheffen, aldus is besloten op de AV van 1/10. Ook de rasham ha'amoetot gaat zich met Platform bemoeien vanwege verdenkingen inzake onregelmatigheden aldaar. De brief van de rasham, die geheel voor zichzelf spreekt, krijgt u separaat toegestuurd. Voor wie de zaken niet geheel duidelijk zijn: dit is een unkieke primeur waar de rasham een Nederlandse amoeta (stichting) zo fel aanspreekt inzake verdenking op onregelmatigheden. Gebrek aan medewerking met de rasham is de minste daarvan. Verdenking van uitkering van gelden op onjuiste, onwettige wijze, is al veel ernstiger. De bevindingen worden, na diepere studie zonodig doorgegeven voor verder onderzoek naar de juridische afdeling van de rasham, en dat kan uitmonden in een klacht bij de politie.

Mijn eigen ervaring met misstanden bij platform dateert van 2010 – dat ging toen over buitennissige telefoonkosten, ook van mensen die niets met Platform te maken hadden, wat ik toevallig ontdekt had. Later hoorde ik ook nog van opgeblazen reiskostendeclaraties, en dat was slechts een tipje van de sluier. Mijn schorsing als secretaris werd door sommige leden van het bestuur niet opgeheven; het was kennelijk rustiger om zich zo te ontdoen van een pottenkijker of klokkenluider.
Mijn brief van zeven jaar geleden is duidelijk genoeg, en ook hier moet, wat laat, duidelijheid in de financien komen; hopelijk doet de rasham zijn werk.

"Beste SPI leden,
"De ontwikkelingen van de laatste weken hebben bij mij een onprettige nasmaak gelaten. Mijn werk als secretaris in het kader van SPI heb ik gedurende twee jaar in aangename samenwerking met de verschillende functionarissen verricht. Dit alles zolang het weer mooi was. Toen ik in de laatste maanden enkele misstanden probeerde recht te zetten, eerst via het DB, dat niet reageerde, en later via de ledenvergadering, bleek dat veel ingrijpender dan ik me eerst had voorgesteld. Ik had te weinig rekening gehouden met de natuurlijke inertie van SPI. Gelukkig zijn mijn bezwaren uiteindelijk allen uit de weg geruimd, maar jammer genoeg zijn de menselijke verhoudingen toch niet onaangetast gebleven.
Vooral de laatste AV, waar mijn schorsing (een onduidelijke instelling binnen de statuten van Israelische amutot) op halfslachtige wijze gehandhaafd bleef, gaf mij niet veel hoop dat Platform zich duidelijk wilde uiten in deze zaak, waarin ik heb geageerd uitsluitend in het algemeen belang.
Voor mij is deze klimaatsverandering de reden om het secretariaat van SPI te beeindigen. Dat is dus duidelijker taal dan ik van SPI te horen kreeg, en dat maakt het ook technisch makkelijker om meteen een nieuwe secretaris te benoemen.
Speciale dank aan de leden die mij moreel en vriendschappelijk gesteund hebben in de laatste, moeilijke tijd. Dit in aangenaam contrast met de koele stilte van de anderen.
Ik wens voor SPI, nu in een gefossiliseerde en irrelevante vorm verder vegeterend, zonder visie en zonder leiding, dat het de kracht vindt om nieuwe uitdagingen op zich te nemen ten bate van de Nederlands-Joodse gemeenschap in Israel."

Eldad Kisch, 23 maart 2010". 

Thursday, September 28, 2017

Bericht 134

Bericht 134 van het forum.
28 September 2017.

Barend Elburg geeft uitleg op de vorige communicatie:


Voor insiders of lezers van openbare verslagen, niets wonderlijks en de uitleg is als volgt – uitsluitend de feiten zonder interpretaties:
Op de website van de SCMI http://www.scmi.org.il/176048/Verslagen-verdeelperiodes staat hierover te lezen in de ronde-verslagen van de 9e; 10e; 11e en 12e ronde met als resultaat, dat in 2013 een substantieel bedrag van de SAMO werd overgemaakt aan SCMI als voorschot op het eindsaldo.
In de stichtingen SIM, SAMO en SIVS waren restgelden en is statutair vastgelegd dat die volgens de bekende verhouding 74/26 mede bestemd zijn voor de SCMI. Vooral in de SAMO betrof het een substantieel bedrag en spande SCMI zich in de jaren 2010-2013 erg in om een voorschot uit de restgelden van de SAMO te ontvangen i.v.m. het dalende saldo van de SCMI (die immers ieder jaar uitkeringen doet) en de voortdurend dalende koers van de euro. SAMO (met haar adviseurs) vond eerst dat er gewacht moest worden op de opheffing van SAMO, maar gaf naderhand toe.
Vanaf hun oprichting waren/zijn alle Maror stichtingen onder de gezamenlijke verantwoordelijkheid van CJO en SPI.
Daarom werd er een overeenkomst opgesteld tussen CJO en SPI om een en ander te regelen.
SIM was “uitverdeeld” en ook SAMO had in Israel geen lopende projecten meer die ze nog moest monitoren.
In de overeenkomst tussen CJO en SPI (goedgekeurd door de voltallige besturen) staat o.a.
  • Dat de Israelische leden van de stichtingen aftreden en er geen nieuwe leden uit Israel benoemd zullen worden.
  • Dat de Nederlandse leden van de stichtingen het beheer verder zullen voeren t/m opheffing en vereffening.
En verder de volgende twee par.
a.       dat eventuele toekomstige activiteiten binnen SIM of SAMO die door deze stichtingen zelf of door CJO worden ontwikkeld, buiten de verantwoordelijkheid van SPI zullen vallen en uitsluitend voor de verantwoordelijkheid van de betreffende stichting en CJO zullen zijn,
b.       dat CJO en SPI bevestigen, dat eventueel toekomstige aanspraken met betrekking tot de restitutie of schadeloosstelling van ontvreemd, geroofd of op enig andere wijze wederrechtelijk onteigend Nederlands-Joods bezit gedurende de Tweede Wereldoorlog op basis van de bestaande afspraken tussen Nederland en Israël zal worden verdeeld.

Par. a betekent dat SPI niet verder mee doet aan het beheer en de opheffing van SIM en SAMO en er dus geen verdere (dienst)reizen nodig zijn voor het bijwonen van bestuursvergaderingen. Dat is NIET onverantwoordelijk of dramatisch, omdat in de statuten duidelijk staat dat het eindsaldo verdeeld zal worden volgens 74/26 en de SCMI deze 26% zal ontvangen en SPI en SCMI daarvan rekening en verantwoording zullen ontvangen.
Par. b. Hier is duidelijk vastgelegd dat bij eventuele resultaten van toekomstige aanspraken het resulterende bedrag weer volgens 74/26 verdeeld zal worden. Dit speelde/speelt momenteel bij het onderwerp “erfpacht” waarbij CJO én SPI weldegelijk betrokken zijn. Of ze daar invloed hebben en/of t.z.t. een deel van de bedragen ter beschikking krijgen, staat buiten dit kader.
Toen dit alles enige jaren geleden werd geschreven en getekend, was er nog geen sprake van opheffen van SPI.
Recentelijk is daar wel sprake van. Hoe onze gemeenschap dan moet gaan opletten en eventueel optreden bij toekomstige onderwerpen i.v.m. de Sjoa is iets voor de zittende besturen van de organisaties in onze gemeenschap.
ShanaTova
Barend Elburg
.

Barend,
Dank voor je uitleg. Ik begrijp wat je zegt, maar zo'n ingrijpende beslissing, waarbij van belangrijke invloed wordt afgezien, moet waarschijnlijk op een AV genomen worden. Ik zag geen notulen waar dit voorstel na uitgebreid overleg door beide besturen werd goedgekeurd (en de verslagen van de verdeelrondes die je bijsloot zijn hier niet relevant!). Sterker nog, verscheidene leden van SPI, die zitting hadden in die periode, hadden nog nooit van deze overeenkomst gehoord tot een veel later stadium. (Een voorbeeld daarvan is Ido Heijmans, penningmeester van SPI, die daarover toen hij er eindelijk van hoorde onderzoek heeft gedaan en de resultaten bekend maakte; ik laat aan hem over of hij daarmee nog verder iets gaat doen). Het is ook niet duidelijk of de ongedateerde overeenkomst ooit in werking is getreden want Platform bemoeit zich nog steeds met het oprollen van SAMO. Zo schrijft Henri Velleman in 2014 uit naam van SPI dat er geen toestemming wordt gegeven om SAMO op te heffen. Wist hij toen ook nog niets van de 'overeenkomst' uit 2013 of ging hij daar gewoon aan voorbij?
Een aardig detail dat je vermeldt is ook dat de overeenkomst dure dienstreizen overbodig maakte.
(E).

De verheldering van Barend heeft mij niet echt geholpen in deze wonderlijke geschiedenis. De nevel is wat mij betreft geenszins opgetrokken.
Itamar Engelsman, penningmeester van SCMI, wil niet in deze discussie treden, maar geeft andere belangrijke informatie over de toekomst van de Maror-gelden in Israel als woordvoerder van SCMI. En André Boers, die veel beter op de hoogte is dan ik, en er ook aanzienlijk meer van begrijpt, gaf ook zijn mening hieronder.
Eldad.

Beste Eldad,
Hier wat nieuws voor jouw forum bericht.
             Gegroet, Itamar

Wij kunnen vanuit SCMI niets zeggen over het “wonderlijke besluit” van het SPI van een aantal jaren geleden. We kunnen echter wel bevestigen dat dit nooit in zijn geheel is uitgevoerd.

Het ministerie is momenteel bezig om het SAMO in Nederland op te heffen en daar er nog een saldo is krijgt het SCMI binnenkort haar aandeel van 26% van dit saldo. Dit is een restant betaling van rondom the 250,000 euro en dat zal helaas de allerlaatste betaling vanuit Nederland zijn (zoals het er nu naar uit ziet). Indien deze overeenkomst was uitgevoerd hadden wij nu niets meer gekregen.
Het SCMI zal dan met alle tot haar beschikking staande gelden nog 3 ronden van rondom de 3.5 miljoen sjekel per jaar  kunnen uitkeren en daarna is ook het SCMI helaas aan sluiten toe nadat die rondes ook volledig afgerond zullen zijn. We nemen aan dat dit in totaal nog zo’n 5 jaar in beslag zal nemen. 

De verschillende organisaties zullen zich hier goed op moeten voorbereiden en bijtijds de nodige beslissing nemen hoe ze verder zullen kunnen draaien met minder geld, waar nieuwe bronnen vandaan te halen of te sluiten. Ook dat valt echter buiten het werk van het SCMI.

Itamar Engelsman
Penningmeester SCMI
.

En teslotte aldus André Boers:

Beste Eldad,
Hieronder een reactie mijnerzijds op jouw bericht 133 in Nedforum en Barend's reactie daarop:
Net als Barend wens ik mij te beperken tot feiten zonder enige interpretatie. Zoals wel vaker gebeurd is in het recente verleden, zijn ook dit keer zijn en mijn feiten verre van identiek.

1 De overeenkomst tussen SPI en CJO is noch gedateerd noch rechtsgeldig getekend. 
2 In strijd met hetgeen de overeenkomst zegt, is gebleken, dat SAMO ook na de "substantiele" betaling van hun schuld aan SCMI wel degelijk meer schulden heeft aan SCMI en dat er alles behalve sprake kan zijn van onvoorwaardelijke kwijting, zoals de beruchte  overeenkomst zou willen.
Zelfs SAMO ontkent dit niet en heeft schriftelijk bevestigd, dat er nog immer verdeelgelden verschuldigd zijn aan SCMI. Deze schuld bedraagt (ik rond het maar even af) ongeveer nis 1 miljoen. Let wel dit bedrag betreft alleen een schuld van verdeelgelden. SAMO heeft in strijd met de statuten dit geld niet tijdig overgemaakt. Hopelijk gebeurt dat binnenkort, maar nogmaals: SAMO had geen recht dit toch niet onaanzienlijke bedrag achter te houden tot vereffening. (dat achterhouden leidt tot verder koers - en renteverlies.)
3 Na betaling van b.g. komt dan de verdeling van de vereffening. Ik heb op dit moment geen zicht op het juiste bedrag.
4 En alsof dat niet voldoende is, komt er nog een derde zeer substantieel bedrag toe aan SCMI ter verdeling in Israel: rente! Er bestaan ernstige twijfels over het totaal van die niet betaalde rente. Het gaat hier om meer dan een claim van SCMI: alle "Nederlandse" stichtingen in Israel hebben recht op die rente. Immers, zodra die rente betaald wordt aan SCMI wordt ook dat bedrag weer "verdeelgeld".

André Boers.

צום קל