Bericht
68 van het forum.
13
oktober 2016.
We prijzen ons gelukkig dat we de Hr André Boers bereid
hebben gevonden om in het forum uitleg te geven over de huidige toestand van
onderzoek inzake eventuele onregelmatigheden bij de verdeling van de
Marorgelden. De journalist Sjors van Beek heeft zich daarbij ingezet. Het gebrek aan openheid in deze zaak
baart zorgen. André is wel het beste op de hoogte van wat hier omgaat. E.
SAMO VERKWIST GELD VAN OORLOGSOVERLEVENDEN
In
weerwil van vonnis van Hooggerechtshof: wanhopige poging documenten geheim te
houden.
De
Stichting Afwikkeling Maror-gelden Overheid (SAMO), belast met beheer en verdeling van
rijksoverheidsgelden aan de Nederlands-Joodse gemeenschap als erkenning van
geconstateerde tekortkomingen in ‘t rechtsherstel na de Tweede Wereld Oorlog,
heeft besloten, dat geheimhouding van documenten zwaarder weegt dan steun aan
oorlogsoverlevenden.
Deze
constatering valt af te leiden uit het bizarre gedrag van de bestuursleden van
SAMO, die in de afgelopen 18 maanden een vermogen verkwistten aan juridische
kosten om uitspraken van in eerste instantie de kantonrechter in Amsterdam en
later ook van de Raad van State (RvS) aan te vechten.
Sinds
juni 2015 verzoekt de Nederlandse journalist, Sjors van Beek, onder de”Wet Openbaarheid Bestuur”(Wob)
inzicht te verkrijgen in een aantal documenten in het bezit van SAMO.
Na
aanvankelijk de journalist geinformeerd te hebben, dat het SAMO bestuur tijd
nodig heeft bedoelde documenten te verzamelen, verandert SAMO te elfder ure
koers en deelt eind September 2015 schriftelijk mede, dat het zichzelf niet
beschouwt als een bestuursorganisatie in de zin van de Algemene Wet
Bestuursrecht (AWB), doch slechts als een privaatrechtelijk persoon en derhalve
niets heeft op te biechten.
Van Beek
dringt aan, maar krijgt geen gehoor bij SAMO en maakt de zaak uiteindelijk
aanhangig bij de Arrondissementsrechtbank te Amsterdam. De zaak komt voor op 1
december 2015 en de kantonrechter stelt de journalist in het gelijk: SAMO is
wel degelijk een bestuursorganisatie, die onder de AWB valt. SAMO krijgt zes weken de tijd om inhoudelijk
op het verzoek van van Beek te beslissen met inachtneming van de uitspraak van
de rechter.
In
bovengenoemde zaak huurde SAMO de diensten in van één van Nederlands duurste advokatenbureaus:
Pels Rijcken & Drooglever Fortuyn bij monde van Mr. Heinrich. Zijnerzijds
verdedigde Van Beek zijn eigen zaak zonder enige juridische bijstand.
De lezer
zal nauwelijks verbaasd zijn, dat SAMO zich niet neerlegt bij de uitspraak van
de rechter. De verlangde documenten behelzen schijnbaar zo gevoelige informatie
over het beleid (of wanbeleid?) van SAMO, dat het SAMO bestuur liever in hoger
beroep gaat bij de Raad van State (RvS). Gevolg: Meer rekeningen van Mr. Heinrich, minder geld
naar de overlevenden.
Aleer de
uitspraak van de RvS te vernemen, is het van belang te begrijpen om welke
documenten het hier gaat. Naast jaaroverzichten en correspondentie tussen SAMO
en een niet gering aantal stichtingen in Nederland en Israel, verlangt van Beek
tevens copieen van emails tussen Mr. A.Baumgarten, voorzitter van SAMO
enerzijds en (onder anderen) de heren Avraham Roet, Henoch Wajsberg, Jacques
Richter, Barend Elburg en Ronny Naftaniel anderzijds.
SAMO,
gesteund door Pels Rijcken & Drooglever Fortijn, stapt dus naar de het
Hooggerechtshof, in casu de RvS. In een 6 paginas tellende brief zetten de
advocaten van SAMO uiteen waarom de uitspraak van de Amsterdamse
arronisementsrechter huns inziens onjuist zou zijn.
Om een
lange verhaal kort te maken: SAMO verliest in hoger beroep, betaalt
ongetwijfeld nog hogere rekeningen aan de heer Heinrich en zou zich neer moeten
leggen, zo denkt de nietsvermoedende lezer, bij het vonnis van Neerland’s
hoogste juridische instantie.
Niet zo
bij SAMO: Eerst neemt SAMO de bij de wet toegestane volle zes weken om zijn
huiswerk te doen. Vervolgens, omdat het toch echt veel werk is waar SAMO sinds
het eerste verzoek van van Beek “slechts” 12 maanden de tijd had om de
documenten ter tafel te brengen, kondigt het advocatenbureau aan de bij de wet
toegestane verlenging van nog eens zes weken nodig te hebben.
En..
juist U raadt het, gewaardeerde lezer: Op
7 oktober 2016 schrijven de advokaten van SAMO in een brief aan van
Beek, dat zij zegge en schrijve twee documentjes bij sluiten en dat van Beek
geen recht heeft op enig ander document. Zeer zeker niet op correspondentie van
een bestuursorganisatie in de zin van de AWB, die schijnbaar al vele jaren hun
beleidsgedrag onder het tapijt veegt.
Rijst de
vraag: waarom al die geheimhouding? Waarom nu al meer dan een jaar tijdrekken,
vonnissen van het Hooggerechtshof bestrijden en geld verkwisten aan
juristen? i.p.v. datgene te doen
waarvoor SAMO bestaat: geld verdelen onder behoeftige oorlogsslachtoffers.
Het zou
de besturen van het Centraal Joods Overleg (CJO) en Stichting Platform Israel
(SPI), die de bestuursleden van het SAMO benoemen, betamen druk uit oefenen op
het bestuur van SAMO om het verzet tegen transparantie en de Raad van State op
te geven. We leven in een tijd, waar de voorvechters van transparantie
uiteindelijk aan het langste eind trekken. Het aantal oorlogsoverlevenden, dat
de Marorgelden nog kan gebruiken zijn niet gebaat bijt deze betreurenswaardige
geldverkwisting door SAMO.
André
Boers
IOH. Afd. Natanya - Sharon nodigt u uit voor een
bijzondere film
"Waarheid en Privacy"
van Joshua van 't Hoff
Deze documentaire
houdt zich bezig met geheimhouding van informatie over voormalige NSB-ers door
het Nationaal Archief.
Plaats & datum: zondag 30 oktober in Jad Lebanim,
Rehov Ahuza 147 – Ra'anana
Om 18:30 uur:
Ontvangst
Om 19:00 uur:
Lezing en film
Prof. Johannes
Houwink ten Cate, NIOD historicus en bekend deskundige op het gebied van de
Shoa, licht het een en ander toe in het Engels. Filmproducent Joshua van 't
Hoff is ook aanwezig. De Nederlandse film is voorzien van Engelse ondertitels.
Kosten deelname: NIS 40 voor IOH leden, NIS 60 voor
niet-leden.
U kunt zich opgeven tot woensdag 26 oktober Yvonne
Ben-Hador: 09-7748007, 054-5696356 of per mail yb0712@gmail.com.
Dezelfde film wordt vertoond onder auspicien van het
Centrum voor Onderzoek naar de Geschiedenis van het Nederlandse Jodendom en de
IOH op 26 oktober om 19:30 in de Tsrief, Jeruzalem (zie op hun websites).